Education is the passport to the future, for tomorrow belongs to those who prepare for it today.
Malcolm X.

Neem Engels. Dat is een wereldtaal, ‘onmisbaar om toegang te krijgen tot de wereld’, maar zou het dat in 2032 ook nog zijn? Daarbij: Nederlanders hebben op het gebied van talenkennis een uitstekende reputatie in de wereld. Toeristen verbazen zich over het gemak waarmee Nederlanders hen in het Engels benaderen. Voor welk probleem is Engels vanaf groep 1 een oplossing? Als je al meer specifieke aandacht aan een taal zou willen besteden, dan zou ik zelf eerder denken aan Nederlands of aan Duits. Duitsland is met afstand onze belangrijkste handelspartner, en daarom had ik een 2032-visie op Duits veel interessanter (of spannender) gevonden dan wat er nu voorgesteld wordt. Ik ben wel benieuwd hoe er in de media gereageerd zou zijn als het platform voor meer aandacht voor ‘zwarte talen’ gepleit had, zoals Orhan Agirdag onlangs deed in de Volkskrant.
Het platform pleit voor het vaststellen van wat kinderen wel en niet op school moeten leren. Wat belangrijk is volgens het platform is ‘cultuurdragende’ kennis, maar ook kennis die voor de toekomst van belang wordt geacht: de kennis van 2042 dus. Het gevolg daarvan is volgens het platform dat ‘onderdelen kunnen worden geschrapt die in de huidige leermethodes vanzelf spreken’: topografische, historische, en natuurwetenschappelijke feitenkennis. Een dergelijke relativistische visie op kennis herken ik wel (in de onderwijskunde is dat een vorm van constructivisme), maar de redeneerlijn van het platform kan ik simpelweg niet volgen.
![]() |
Jan Ligthart |
Daarmee haal ik een punt aan dat ik in het adviesrapport wat teleurstellend vindt: het platform toont nergens enig historisch besef of enige reflectie op voorgestelde onderwijsvernieuwingen door de eeuwen heen. Wat we zien langskomen is Jacques Rousseau, Herbert Spencer, Jan Ligthart, Helen Parkhurst en nog vele anderen. Het platform beweert zich op wetenschappelijke inzichten te baseren, maar nergens komt dat overtuigend naar voren. Integendeel: het platform lijkt haar advies vooral te zien als een uitnodiging tot verdere discussie, niet als een op wetenschap gebaseerd antwoord op de uitdagingen waarvoor het onderwijs zich nu en in de toekomst gesteld ziet.
Wat leren we hiervan? Voorspellen is moeilijk, en de visie die het platform tentoonspreidt lijkt vooral meer Onderwijs2015 dan Onderwijs2032 te zijn. Het is prijzenswaardig dat, hoe behoedzaam ook, concrete veranderingen in het onderwijs worden voorgesteld, maar het zou het platform sieren als zij daarbij een duidelijker besef van de onderwijshistorie zou tonen en wat meer wetenschappelijk tewerk zou gaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten