woensdag 27 maart 2019

De kracht van het gebaar: Gebaren die pedagogical agents maken beïnvloeden leerprocessen en -prestaties

Nu meer en meer onderwijs een online component bevat (denk aan MOOCs, blended learning, flipping the classroom) richt onderwijsonderzoek zich in toenemende mate op de kenmerken die de effectiviteit van dit type onderwijs bepalen. In een recent verschenen onderzoek onderzochten Li, Wang, Mayer (van de Cognitive Theory of Multimedia Learning) en Liu het effect van het type gebaren gemaakt door een pedagogical agent op de aandacht en leerprestaties van Chinese studenten.

Dit onderzoek is relevant omdat bijvoorbeeld in MOOCs een groot deel van de instructie via video's of kennisclips wordt aangeboden. Het onderzoek van Li en collega's laat zien hoe specifieke gebaren de aandacht van studenten kunnen richten op essentiële onderdelen van de leerstof en daarmee de leerprestaties kunnen beïnvloeden.

Een pedagogical agent is vaak een door de computer gegenereerd personage die tijdens het leerproces op het scherm verschijnen met al doel de student te helpen en bijvoorbeeld de aandacht van de student op de belangrijke elementen te richten.

Voorbeeld van een pedagogical agent (bron)
In de studie van Li et al. werden studenten in vier condities ingedeeld:

  1. De pedagogical agent maakte tijdens de uitleg specifieke gebaren naar relevante onderdelen van het scherm.
  2. De pedagogical agent maakte tijdens de uitleg algemene gebaren in de richting van het diagram dat studenten moesten bestuderen.
  3. De pedagogical agent maakte andere gebaren (arm omhoog of omlaag bewegen, armen kruisen).
  4. De pedagogical agent maakte geen gebaren.
De uitkomsten van het onderzoek, zoals samengevat in het abstract:
Previous studies have shown that students learn better from an online lesson when a gesturing pedagogical agent is added (Mayer & DaPra, 2012; Wang, Li, Mayer, & Liu, 2018). The goal of this study is to pinpoint which aspect of a gesturing pedagogical agent causes an improvement in learning from an online lesson. College students learned about neural transmission in an online multimedia lesson that included a pedagogical agent who displayed specific pointing gestures (i.e., pointing to the specific component in the diagram being mentioned in the narration), general pointing gestures (i.e., pointing in the general direction of the diagram), nonpointing gestures (moving hands as beats, moving an arm up or down, or crossing two hands), or no gestures. An analysis of students’ eye movements during learning showed that students in the specific-pointing group paid more attention to task-related elements than did students in the other groups (as indicated by fixation time and fixation count on the target area of interest). Students in the specific-pointing group also performed better than the other groups on retention and transfer tests administered immediately after the lesson and after a 1-week delay. The results show that an active ingredient in effective pedagogical agents is the use of specific pointing gestures. This work helps clarify the embodiment principle and image principle by isolating specific pointing (or deictic gestures) as a key feature that makes gesturing effective in multimedia lessons.
De implicaties van deze studie zijn volgens de auteurs de volgende:
When students learn from multimedia lessons with onscreen pedagogical agents, does the type of gesturing by the agent affect student learning? In this study, students learned better and paid more attention to relevant material on the screen when the onscreen agent used specific pointing gestures during instruction rather than general pointing gestures, nonpointing gestures, or no gestures. Specifically pointing to relevant parts of the onscreen graphic while talking guides the learner’s attention and leads to better learning.
Li, W., Wang, F., Mayer, R. E., & Liu, H. (2019, March 25). Getting the Point: Which Kinds of Gestures by Pedagogical Agents Improve Multimedia Learning? Journal of Educational Psychology.
Advance online publication. http://dx.doi.org/10.1037/edu0000352

maandag 25 maart 2019

Meta-analyse: de relatie tussen opleidingsniveau van VVE-leerkrachten en kwaliteit van de omgeving voor het kind

Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) richt zich op onderwijs aan jonge kinderen. Vaak met als doel om onderwijsachterstanden te voorkomen. In Nederland lijken de effecten van vooralsnog gering. In andere landen zijn echter wel positieve effecten van VVE gedocumenteerd. Een zojuist verschenen meta-analyse onderzocht de relatie tussen opleidingsniveau van de leidsters en leerkrachten betrokken bij VVE enerzijds en de kwaliteit VVE-omgeving voor het kind. Elementen die de kwaliteit van die omgeving bepalen zijn onder andere: taalgebruik gericht op het jonge kind, de interactie met het jonge kind, de inrichting van het dagprogramma enzovoorts. De meta-analyse vond, op basis van 49 studies, een positieve samenhang tussen opleidingsniveau van VVE leidsters en -leerkrachten en kwaliteit van de omgeving voor het kind. Hieronder het abstract.

“Poor-quality early childhood education and care (ECEC) can be detrimental to the development of children, as it may lead to poor social, emotional, educational, health, economic, and behavioral outcomes. A lack of consensus, however, regarding the strength of the relationship between teacher qualification and the quality of the ECEC environment makes it difficult to identify strategies that could enhance developmental and educational outcomes. This meta-analytic review examines evidence on the correlation between teacher qualifications and the quality of ECEC environments. Results show that higher teacher qualifications are significantly correlated with higher quality ECEC environments. Specifically, the education level of teachers or caregivers is positively correlated to overall ECEC qualities, as well as subscale ratings including program structure, language, and reasoning.”

De implicaties van de bevindingen zijn volgens de auteurs onder andere dat het de moeite waard kan zijn in het verder investeren in de opleiding van leerkrachten werkzaam in de VVE:

“To conclude, the results from this study provide evidence of the existence of a positive correlation between teacher education and classroom quality, as measured by ERS. From a policy perspective, these results highlight that additional research may likely support the need to enhance the level of education of teachers within the early childhood education sector. This could be achieved by encouraging government to invest in enhanced training for staff. This would potentially transform the sector whereby additional regulation may create minimal educational requirements for lead teachers, or payment of higher subsidies to centers with more qualified staff, or by providing larger subsidies to those working within the sector to encourage them to undertake further education. An alternative approach could be to require early childhood education centers to clearly state the qualifications of staff on publicly available documents so that parents and care-givers can make informed decisions about the quality of the service offered by an individual center.”